Klimaatbeheersing in een ruimte vraagt veel van een installatie. De installatie moet kunnen koelen, verwarmen, bevochtigen en ontvochtigen. Tevens dient alles optimaal regelbaar en meetbaar te zijn.
In de praktijk betekent dit dat er een luchtbehandelingskast wordt gemonteerd, waarin al deze functies zijn samengebouwd. De kast wordt vaak op het dak geplaatst of in een separate daarvoor geschikte ruimte.
Middels kanalenwerk wordt de aldus geklimatiseerde lucht het gebouw ingebracht en verdeeld over de ruimte(n). Door gebruik te maken van een geavanceerde regeling kan elke ruimte in het gebouw gemonitord en geregeld worden
Lti geeft u graag een vrijblijvend advies betreffende de toepassing van deze klimaatbeheersingssystemen.